Skip to main content

Er was eens een zelfstandig kantoor in de Randstad. Elke dag kwamen de collega’s op hun fris gepoetste schoenen aangesneld om aan de slag te gaan voor hun klanten. Laptops klapten open, koffies werden geschonken en gulzig naar binnen geslokt.

Ze hadden samen een werkplek gecreëerd waarin ze heel goed wisten wat ze deden, voor wie en waarom.

Totdat...

Het hoofdkantoor iets anders bedacht.

Wat ze deden, voor wie en waarom was opeens totaal anders. Zei het hoofdkantoor.

De verwarring was groot.

Het hoofdkantoor tegenspreken? Mwah, dat is niet chique en komt niet betrouwbaar over.

Doen alsof je er nog niet van gehoord hebt? In theorie zou dat -voor heel even- kunnen, maar deze koerswijziging was zelfs op de landelijke tv aangekondigd.

De enige optie leek te zijn: het eigen verhaal goed kunnen vertellen. Als antwoord op de klant en als houvast voor de collega’s zelf.

Wat we hebben gedaan:

De nieuwe landelijke koers even gelaten voor wat die is. Anders ga je proberen je eigen verhaal in het verhaal van de ander te proppen.

Dus met een schone lei opgehaald bij alle collega’s: waar doe je het voor? Waar wil je elke dag een bijdrage aan leveren voor de klant?

Toen we dat met de hele groep hadden ingevuld door middel van ieders trotsverhalen uit de praktijk, konden we het gezamenlijke verhaal van dit kantoor verwoorden. Dat stond als een huis.

Pas daarna hebben we het landelijke verhaal er weer bij gepakt. Is het kantoorverhaal in strijd met het nieuwe landelijke verhaal? Nee. Hoort het bij elkaar? Ja.

Er ging een zucht van verlichting door de zaal

Want ze kónden nu wat met het landelijke verhaal. Ze hadden er een eigen verbinding mee gevonden. En ze konden in hun eigen woorden en met eigen voorbeelden reageren op hun klanten.

Wat had ik graag voor ze gewild dat dit anders was gelopen.

Op zijn minst een andere volgorde van verhalen ophalen en verspreiden. Mijn oproep is dan ook: ga niet voor een ander bedenken wat die belangrijk moet vinden, maar luister naar de verhalen van je collega’s. Dáár vind je wat jullie doen, voor wie en waarom.