Skip to main content

Ik sta al bijna 30 jaar (!) voor groepen en nog steeds overkomt het me: een deelnemer die niet doet wat ik wil. Hoe moet je daar nou mee dealen? Ik deel de beste tips uit de intervisie met de groep train-de-trainers.

Ook al kan ik er veel beter mee omgaan dan op mijn 16e, toch ben ik er vooraf aan een training bang voor. “Wat nou als ze deze oefening te simpel vinden? Wat nou als ze de waarde er niet van inzien? Wat nou als ze weigeren?”

Heel veel voorbeelden uit de praktijk. Héél veel.

Vroeger gaf ik volleybaltraining. Als er meiden te laat kwamen, liet ik ze strafrondjes rennen. Kwamen ze de keer erna op tijd? Nee. Ik had er al snel geen vertrouwen meer in dat die strafrondjes hielpen, dus de volleybalsters en ik lieten deze aanpak na een paar trainingen versloffen.

Tijdens de intervisie – wanneer we het hebben over dit onderwerp – doet een van de deelnemers niet wat ik zeg. Ik corrigeer haar, maar ik ben me er niet bewust van. Ik doe gewoon mijn werk als trainer en sta er verder niet bij stil. Omdat het me niet raakt, denk ik. “Ze heeft gewoon de oefening niet goed begrepen, of er haar eigen draai aan gegeven. Niks aan de hand.”

Degene die de casus heeft ingebracht, merkt het wel meteen op. Het raakt hem wel, want dit is precies wat hij wil weten: hoe ga je om met een deelnemer die niet doet wat je zegt, zonder de sfeer te verzieken?

De tips

Iedereen in de intervisiegroep herkende de vraag. De tips en adviezen buitelden over elkaar heen. Hierbij de top-tips:

  1. Probeer nieuwsgierig te zijn naar waarom iemand iets anders doet dan jij vraagt;
  2. Doorgrond wat de bedoeling is van de oefening. Vaak blijkt dan dat je die op meerdere manieren kan uitvoeren (en dus dat het niet belangrijk is of de deelnemer precies doet wat jij zegt);
  3. Maak de oefening én de bedoelding ervan heel helder voor de deelnemers. Door ‘ondertiteling’ te geven tijdens de instructie: “Waarom we dit zo doen is…” “Wat belangrijk is in deze oefening: …” “Het lijkt niet uit te maken, maar let toch vooral op dit onderdeel: …”
  4. Stel de groep centraal en niet die ene deelnemer. Handel vanuit groepsbelang en laat de groep beslissen over wat er moet gebeuren;
  5. Probeer erachter te komen (on the spot of tijdens een reflectiemoment achteraf) waarom jij er last van hebt dat iemand iets anders doet;

Wat is jouw top-tip in dit soort situaties?