De tijd voor een verhaal op het werk is altijd beperkt. Presentatie: 15 minuten, voorstelrondje: 2 minuten, spontaan praatje bij de koffieautomaat: 10 minuten. Verhalentraining: 8 uur. En ook díe tijd is een keer om. Wat als iemands verhaal dan toch nog niet goed is?
Voorbeeld uit de praktijk
Dit gebeurt misschien vaker dan je denkt. Verhalen worden gemaakt en geoefend in de training en bij het ‘rondje op het podium’ kom je erachter of het verhaal klopt, af is, staat als een huis of…..niet.
Over één deelnemer lig ik nog regelmatig wakker. Die had in zijn verhaal het overlijden van zijn zus verweven. Dat was een indringend stuk, de andere deelnemers waren er echt stil van. Eén probleem: het had totaal niets te maken met de rest van het verhaal, of met de boodschap.
Dit verhaal moest dus echt op de schop, maar was ook een heel gevoelig onderwerp voor hem. Niets iets om even in het feedbackrondje op te lossen.
Je oefent in de training, maar leert het in echte leven
Wat me gerust stelt is het idee dat – net als bij autorijlessen – je het leert onder begeleiding, maar uiteindelijk beheerst door het in de praktijk te doen. Zo zie ik het ook met het leren vertellen van je eigen verhaal. Je past de theorie toe, je gaat aan de slag met wat je ontdekt hebt in de training, maar het bijschafen, fijnslijpen, comfortabel worden met je eigen verhaal: dat doe je door te oefenen, oefenen en nog eens oefenen.
Onze trainingen gaan dus ook nooit over één verhaal, wat je vanaf dan grijs draait. Het gaat over het ontdekken van wat je te zeggen hebt en daar de woorden en beelden bij vinden die dat uitdragen.
Zodat je bij alle koffieautomaatmomentjes, presentaties, voorstelrondjes én trainingen voort kan bouwen op wat je al in huis hebt en daar keer op keer een beter verhaal mee kan bouwen.
Zin om op jouw niveau verder te bouwen aan jouw verhaal? Dan maak ik graag kennis. Bel of mail voor een afspraak:
06 – 81 61 34 53
info@vertelschoolrotterdam.nl